Blog Archives

Je zou der zoutig van worden.

In Sucre hadden we een keer een wat mooier hotel. Nadat we de berggeiten route hadden overleefd hadden we geen zin om meer verder te zoeken. We bleven dus samen met de motorrijders in een mooi hotel boven op de berg met uitzicht over de “witte” stad. Ze hadden er heerlijk eten en we konden even bijkomen van wat we allemaal hadden meegemaakt de afgelopen dagen. El Mundo had het wat minder naar zijn zin in Bolivia want nu was hij weer gaan lekken bij de versnellingsbak. Dus hop naar de Suzuki dealer en ook hier lieten we hem even goed nakijken. Wij hebben ons vermaakt met uitslapen en de stad bezichtigen. In Zuid-Amerika heeft elke stad of dorp een Plaza de Armas. Zie het als een soort centraal plein waar je lekker gaat zitten om vooral mensen te kijken. Wij hadden geluk want er waren 2 dingen te doen waarvan 1 leuker als het andere. Het leuke was een parade met muziek en iedereen verkleed in de kleding van hier. Ze liepen rond de plaza en het was een leuk gezicht. Aan de andere kant was ook het minder gezellig. De stakende truckers waar we eerder over vertelde stonden nu allemaal zonder trucks te demonstreren voor een regeringsgebouw. De demonstraties waren gelukkig wel vredig op het vuurwerk na. Sabine heeft de stakende mannen ook even vermaakt en dat al met alleen voorbij lopen. Toen we erlangs liepen vielen vele monden open, werd er flink gefluit en werden er vele opmerkingen gemaakt in het Spaans. Zo vaak zien ze een blijkbaar geen blonde schone.

Even een klein feitje tussendoor: Als je zin hebt in een cola en betaald met a 5 euro, dan betaal je in Bolivia al met groot geld.  Kleingeld is moeilijk te bemachtigen omdat je alleen maar grote biljetten uit de automaat krijgt. Wisselen is daardoor altijd een uitdaging zowel voor jezelf als voor de verkoper. Het is daarom altijd maar weer de vraag of de verkoper in een andere winkel iets gaat kopen om te wisselen of dat jij je lekkere cola moet laten staan.

Toen we de auto ophaalden wisten we weer waarom we blij waren dat El Mundo pas problemen kreeg in Bolivia. Ze hadden wat kleine dingen gerepareerd en totaal moesten we maar liefst 35 euro afrekenen. Autorijden blijft zo gewoon leuk in Bolivia. De motorijders waren al 2 dagen weg dus we moesten nu zelf de sluiproute uit Sucre terug vinden. Deze hadden we best gemakkelijk gevonden maar toen sloeg de schrik toe. GVD alleen maar vrachtwagen tegen elkaar geparkeerd….Hoe gaan we nu in hemelsnaam de stad uit komen en de deadline dat we in La Paz moesten zijn voor Anneke begon toch wel te dringen. Michael was uitgestapt om te kijken of er echt geen mogelijkheid was om er langs te glippen. Na 10 minuten kwam die terug met misschien goed nieuws. Als we een stuk om zouden rijden zouden we er misschien precies tussendoor kunnen. Wat hebben we toch een geluk dat El Mundo zo’n klein gebakje is want we konden er precies tussendoor snieken. Na wat gehannes waren we toch op de sluiproute uitgekomen en konden we onze weg vervolgen naar Potosi. Wederom hadden we een blokkade omzeild.

De weg naar Potosi kon nog wel is een lastige worden aangezien Potosi op 4300 meter ligt. Er is daar minder zuurstof dus of de motor dat gaat trekken?? De hele rit was overweldigend. We hebben nog nooit een route gehad waar de natuur elke 30 minuten totaal veranderd. Dan waren de rotsen rood en dan weer gekleurd, dan waren er bomen en vervolgens weer cactussen en dan reden we door een woestijn en dan weer door een begroeid gebied. Je verveelde je tijdens de rit niet en je vergat bijna dat je steeds grote bergen op en dan weer af ging. El Mundo stopte dit keer niet tijdens het klimmen dus we waren helemaal blij.

Dat potosi op 4300 meter ligt kun je wel merken. Er zit door de hoogte minder zuurstof in de lucht en daardoor word je een stuk sneller moe. Dit merk je al als je 2 keer de trap op en afloopt. Best een bijzonder fenomeen. In Potosi bleven we alleen slapen want het is niet de mooiste stad en we wilde zo snel mogelijk naar de zoutvlakte in Uyuni.

De rit naar Uyuni ging niet helemaal volgens plan. Weer hield El Mundo het berg op voor gezien. Hij stotterde en het vermogen viel dan weg. We lieten hem weer even staan en uiteindelijk deed hij het weer. We vermoeden dat het met de hoogte te maken had maar ook dit keer weten we het niet zeker maar het belangrijkste is dat die het weer doet. We kwamen rond een uur of 3 aan in een soort van woestijn stad. Tenminste dat gevoel had je als je binnen kwam. Dit dorp had ook nooit bestaan als er geen zoutvlakte was geweest. Wij zijn gelijk op zoek gegaan naar een hostel met garage maar die vroegen allemaal belachelijk veel geld. Na een uur waren we er zo klaar mee dat we binnen een seconde besloten hadden om naar de zoutvlakte te rijden om daar te gaan kamperen. Enige haast was er wel geboden want iets voor 6 zou het al donker worden. Dus zo gezegd zo gedaan, over een stoffige weg richting de zoutvlakte en toen hop die witte oneindige massa op. Het lijkt een beetje op een zee, tot waar je kan kijken was het wit (in plaats van blauw). We reden een kilometer of 15 het zout op en daar zetten we onze tent op. Het was dus ook gewoon alleen maar wij en euh… wij! Tegen de tijd dat we gingen koken was het al helemaal donker. We kookte een pastatje alleen vond Sabine het nodig om hem om te stoten (uiteraard vond zij het weer Michaels schuld). De restje zonder al teveel saus aten we op en toen begon het toch echt koud te worden. Het kan er vriezen tot ver in de min dus we hadden al veel extra kleren klaar gelegd. De nacht was echt heel(!) koud in ons tentje maar de morgen maakte alles goed. Alleen de witte zoutvlakte, de blauwe horizon en wij. Geweldig!

Op de zoutvlakte maakt iedereen geweldige foto’s. Door de oneindige vlakte kun je er leuk spelen met de grote van personen of spullen waardoor het perspectief van de foto heel leuk is. Wij keken er erg naar uit om dit te doen maar het werd een groot drama! Iedereen lukt het om leuke foto’s te maken behalve ons. Althans dat vond Michael. Na uren van proberen werd die steeds gefrustreerder en toen was er geen land meer met hem te bezeilen. Daarom besloten we maar om de foto sessie voor gezien te houden. Achteraf bleek trouwens dat we toch best leuke foto’s hadden.. We reden terug naar het dorp en daar hebben we El Mundo eerst zout vrij laten spuiten. Met een hogedrukreiniger werd die goed schoongemaakt. Dit is ook echt nodig want al dat zout is niet echt bevorderlijk voor je auto. Na het poetsen zijn we doorgereden naar een treindump plaats. Hier staan vele oude treinen op 2 verlaten sporen en door de zout zijn ze erg mooi gaan roesten. Hier kun je echt super foto’s maken en gelukkig lukte het dit keer wel en was dit dan ook wat gezelliger. Haha

We hadden gedaan wat we erg graag wilde doen en dat was slapen in onze tent op de zoutvlakte. Hiermee hebben we echter maar een klein stukje gezien en deze omgeving had meerdere mooie geheimen. Daarom besloten we om met een 3 daagse tour mee te gaan. We moesten dit wel met een tour doen want navigeren op de vlakte was lastig en El Mundo was toch echt iets te licht voor al het zware werk wat er ook bij kwam kijken. Een tour was snel geboekt maar hier vertellen we de volgende keer over.

 

Category: Bolivia  2 Comments

Onze berggeit ging neer, stond op en overwon.

Toen we uit Santa Cruz weg wilden rijden kwamen we in aanmerking met een bekend Boliviaans fenomeen, genaamd  “wegblokkades”. De truckers waren boos omdat de overheid de benzine prijs van rond de 35 cent iets omhoog had gedaan. Om deze reden blokkeerde ze maar vele wegen in het hele land met hun trucks. We dachten eerst dat we vast zouden komen te zitten in Santa Cruz omdat ze gewoon alle uitwegen geblokkeerd hadden. Achteraf bleek het een geluk te zijn dat we een kleine auto hadden. Wij konden namelijk van de ene naar de andere baan schieten en zo precies tussen alle vrachtwagens door schieten. Was de auto groter geweest dan hadden we dus gewoon een week vast kunnen zitten. Na wat tijd verlies kwamen we aan in Samaipata wat een klein gezellig bergdorpje bleek te zijn.

Rond Samaipata ligt een oude Inca ruïne boven op een berg die we graag wilde zien. Natuurlijk waren we weer zo slim geweest om op het heest van de dag te gaan dus bezweet kwamen we boven aan. Het uitzicht was mooi over de heuvels maar de ruïne vonden we wat minder. Het is knap hoe ze alles uit de berg gehakt hebben maar daar hielt het ook mee op. Ben je een fanatieke historicus dan zul je je er vast kunnen uitleven maar wij waren zo weer beneden. In de avond gingen we nog even het dorp in om wat te snacken en daar kwamen we totaal onverwachts oude bekende tegen. Het oudere Franse stel dat we in Patagonië al een paar keer tegen waren gekomen. Ze reisden op een andere manier en totaal andere route en toch komen we elkaar in een mini dorpje tegen. Samen hebben we er toen een gezellige avond van gemaakt. De volgende dag zijn we naar een zoo/dieropvang geweest en hebben we inkopen gedaan voor onze heerlijke BBQ. Voor 5 euro hadden we 1,2 kilo vlees en wat groenten. Deze hebben we heerlijk op ons eigen vuurtje klaar gemaakt.

Toen was het tijd om Samaipta te verlaten en de old trade route te gaan rijden. Dit is een weg dwars door de bergen en we hadden geen idee wat de staat van de weg was. Het eerste stuk naar Vallegrande ging vlotjes over een geasfalteerde weg. Daar bleven we een nacht om vervolgens over de meest lastige weg tot nu toe te gaan rijden. Onze kleine El Mundo werd  onze eigen berggeit. We zijn daar letterlijk heuvel op en heuvel afgegaan met alleen maar bochten vol grote en kleine stenen. Er was nog geen weg tot nu toe in de buurt gekomen van dit. De tijd vloog voorbij maar de kilometers niet. Nu weten we ook waarom er bijna geen dorpjes langs deze weg te vinden is maar het uitzicht was echt geweldig. Na een uur of 5 hield El Mundo er ineens heuvel op mee op. Daar sta je dan op een weg waar 5 auto’s per dag rijden en vele kilometers van de beschaafde wereld. Het kon zijn dat die warm gelopen was of dat die moeite had met de hoogte maar het kon ook totaal wat anders zijn. Met geen idee probeerde we van alles maar niks hielp. 15 Minuten later starten we hem nog een keer en verrek hij deed het weer. Zo gelukkig als we waren reden we verder. Wel vol spanning want zou die dit nog een keer gaan doen?! Na 10 uur rijden en 150(!) kilometer later kwamen we aan in het Villa Serrano. Dit plaatsje was ook de planning maar dan wel wat uurtje eerder maar dit zegt wat over de conditie van de weg. Hier zijn ze niet aan toeristen gewend dus veel meer keuze als te vet eten of kippensoep hadden we niet. Dus de kippensoep achterover geslagen snel naar bed en morgen het vervolg van deze moeizame maar mooie weg.

We vertrokken mooi vroeg en tijdens de eerste kilometers hoorde we steeds een raar gepiep. Na een kilometer of 10 gingen we toch maar even op onderzoek uit en toen, whahaahahahahaha neeeeeeeeeeneenee!!!! Ons chassis aan de voorkant bleek volledig te zijn afgebroken en ook wij zonder enige technische kennis wisten dat dit foute boel was. Een onderdeel van de voorwielen was aan dit stuk chassis verbonden dus vooruit terugrijden was geen optie. We besloten daarom om de 10 kilometer achteruit over de bergweg vol met stenen en bochten terug naar het dorp te rijden. Het duurde een eeuwigheid en de iedereen die ons zag rijden keek ons maar wat raar aan. We haalden het dorp en we hadden toen we er eerder waren al iemand gezien die aan bussen kluste. Rechtstreeks daarheen en het geluk was aan onze zijde want hij was gespecialiseerd in lassen. Hij keek er even zorgelijk naar maar hij kon het wel maken. De eerste opgave was de bumper eraf krijgen. Alleen hier zijn Michael en hij al 30 Minuten mee bezig geweest.  Toen kon die beginnen met rechtbuigen en lassen. Na een uurtje bleek dat de radiator er vanaf moest omdat hij niet overal bij kon. Hij vroeg aan Michael of dat goed was en of hij wilde helpen. Zo leer je nog wat over auto’s. haha. Uiteindelijk na 3 uur en een lachertje van 15 euro verder waren Michael en hij klaar en zat de auto weer in elkaar. Nu maar hopen dat deze Boliviaanse lassen het zouden gaan houden. We moesten nog een nacht daar blijven omdat het al te laat was. In ons hotel kwam later een groep motorijders met een Nederlandse begeleider tegen. We kwamen met hun in gesprek en deze ontmoeting bleek later tijdens onze rit goud waard te zijn.

De rit ging nu van Villa Serrano naar Sucre met een tussenstop op de lokale markt van Tarabuco. Het bleef een mooie weg en de kilometers gingen weer langzaam voorbij. We kwamen de motorrijders meerdere keren tegen en na uren hobbelen kwamen we aan in Tarabuco. Hier was een lokale markt waar de bekende kleurrijke lokale Boliviaanse kleding verkocht werd. In heel Bolivia dragen ze nog echt de traditionele kleding. Hier in is de cultuur van het land echt blijven hangen. Super mooi! Tijdens het rondlopen kregen we wel het verontrustende nieuws te horen dat de truckers nog steeds niet happy waren. Ze hadden alle wegen rond Sucre afgezet en het was niet mogelijk om binnen te komen met een auto. Nu zul je zeggen dan skip je die stad toch gewoon. Nou dat is niet mogelijk want alle wegen die wij moesten hebben liepen dwars door Sucre heen. Het zou dagen kosten als we om moesten rijden. Hoe moesten we dit nou gaan oplossen.. Toen zagen we de motoren staan met hun volgwagen alleen waren de motorrijders er niet. Wij hebben gewacht tot ze terug waren want de Nederlandse begeleider kent de omgeving en misschien wist hij een weg om Sucre binnen te komen. Tot onze vreugde kende hij een weg maar dit zou geen makkelijke worden en hij had hem zelf ook nog nooit gereden. We waren wel wat gewend dus kom maar op. Het begin was eindelijk weer geasfalteerd maar daarna begon het feest. De motorrijders gingen voorop omdat ze sneller rijden en wij volgde de volgwagen. Het eerste stuk moesten we door een opgedroogde rivierbedding vol met stof, stenen en rotsen. Dit was bijzonder maar nog aardig te doen. Hierna ging het pas echt beginnen want we moesten de zoals wij hem achteraf noemde de geiten route nemen. Dit was gewoon de enige route uit en in Sucre en het was niet meer als een zeer steil zandpad de berg op met een hoop grote stenen ertussendoor. Wij vermoeden dat er normaal alleen geiten en koeien overheen gingen en nu dus ook wij met ons kleine autootje. Je kon niet anders als rustig rijden want door de stof en de grote stenen was het al een uitdaging op zich en als er dan ineens een grote bus voor je opdoemt uit het stof dan sta je echt versteld! Wij en wat andere auto’s parkeerde onszelf midden in de bosjes zodat hij kon passeren. Gekkenwerk gewoon! Na ruim 1,5 uur rijden kwamen we ineens in de bewoonde wereld uit. Wat een Heerlijk gevoel was dat! We zijn zeg maar, de verboden stad binnen gekomen via de geheime doorgang. Bij het hotel waar de motorijders sliepen stond ook een bietje voor ons klaar want dat hadden we wel verdiend en El Mundo kreeg alleen maar lof en terecht. Onze kleine berggeit!

 

Category: Bolivia  One Comment

El Mundo time.

Met de muggen nog in de auto vertrokken we vanuit Pantanel richting Bolivia. De grensovergang tussen Brazilië en Bolivia viel onder de noemer niet de gemakkelijkste. We moesten lang wachten voordat alle papieren gecontroleerd werden en ook El mundo moest grondig geïnspecteerd worden. Aan de Boliviaanse kant wilde ze van sommige papieren een kopie hebben en dat moesten wij in het dorp maar even laten doen. Wij vonden dat grote onzin en kregen het toch voor elkaar dat de douane zelf onze kopietjes ging maken. Als zij lui willen zijn dan zijn wij dat ook J!  Het werd al aardig laat en we hadden besloten om niet in het grensplaatsje te slapen. Toen we nog maar net op weg waren kregen we de eerste politiepost.  Hier moesten we onze eerste centjes al laten rollen. Het was een soort permissie die je nodig had, waarom dat was ons niet geheel duidelijk maar we kwamen er echt niet onderuit. Nu ook dit papiertje in bezit was kon onze tocht dan eindelijk beginnen…. Helaas bleek dit minder waar want na vele kilometers kwamen we weer een politiepost tegen en moesten we een kleine bijdrage betalen om een stempel te krijgen. Met andere woorden je betaald dus voor de inkt! We wisten dat Bolivia corrupt was maar dat ze zulke onzin gingen bedenken om geld te krijgen hadden we nooit kunnen bedenken. Het ging dan wel niet om veel geld maar toch.

Door al het gedoe wilde we zo snel mogelijk vertrekken en hadden we El Mundo niks te slurpen gegeven. We dachten namelijk dat we onderweg nog wel een tankstation tegen zouden komen. Het begon donker te worden en een tankstation was nergens te vinden. Met niet alleen een lege tank maar ook een lege reserve tank zou het aardig krap gaan worden tot het volgende grote dorp. Ongeveer 3 kilometer voor het dorp begon El Mundo te sputteren en hij had er geen zin meer in. Michael heeft nog zigzaggend geprobeerd elke drup uit de tank te krijgen maar het mocht niet baten. Toch waren we uiteindelijk blij want El Mundo stopte in onze ogen vlak voor een tankstation. Alle euforie was zo weer weg want het bleek een busstation te zijn en daar stonden we dan zonder benzine. Het enige wat we konden doen was op zoek gaan naar benzine in het dorp. Michael ging op pad met de jerrycan en Sabine zou op El mundo passen. Bij het busstation was er geen benzine te verkrijgen.  Na wat navraag was er een taxi motorrijder die Michael kon brengen naar iemand die ‘illegaal’ benzine verkocht, want het benzinestation bleek gesloten. Dus hup achterop de motor richting het dorpje. Michael zat al 5 minuten achterop en had echt geen idee waar die hem heen zou brengen. Opeens stopte die bij een gesloten hek en werd er iemand geroepen. Een heel gezin kwam het huis uit en de illegale verkoper had in zijn tuintje een opslag van benzine. Onder een tafel lagen allemaal doeken en toe hij deze weg haalde kwamen er allemaal cola flessen gevuld met benzine tevoorschijn. Michael vroeg om 10 liter en moest 0,80 cent per liter betalen. Kijk dat zijn eens leuke prijzen.  We weten zeker dat Michael meer moest betalen dan de local maar met dit soort prijzen dan mag El Mundo het op het zuipen zetten. Sabine moest lang wachten maar gelukkig kwam Michael achter op een motor terug met benzine. Nu konden we eindelijk een slaapplaats voor de nacht zoeken.

De volgende morgen vervolgde we onze weg naar Santa Cruz. In Santa Cruz stond vooral El Mundo op het programma. We wisten namelijk dat onderhoud in Bolivia spotgoedkoop was en in Bolivia hebben ze een Suzuki dealer. Onderweg naar Santa Cruz werden we weer een paar keer staande gehouden bij politieposten. We moesten weer een keer betalen voor een stempel (blijkbaar is dit dus heel normaal) en we hadden wat problemen omtrent de benzine. In Bolivia betaal je namelijk met een buitenlands kenteken meer voor een liter aan de pomp dan met een Boliviaans kenteken. Als Boliviaan betaal je 0,35 cent en wij ongeveer 0,90 cent voor een litertje. Wij moeten na het tanken vragen om een factuur waarop staat dat we 0,90 cent hebben betaald. Dit wisten we niet dus de politie vroeg naar die factuur. Na wat gediscussieer en een leugentje dat we nog niet getankt hadden in Bolivia kwamen we er mee weg. Een klein leugentje wordt soms toch beloond.

Uiteindelijk kwamen we aan in Santa Cruz waar het zoeken van een hotel niet de gemakkelijkste opdracht was. Geen van de hotels had een garage en vanwege de armoede in Bolivia wilde we hem niet op straat zetten. Gelukkig vonden we een hotel met garage maar later bleek dat de auto er weer niet kon staan. Dan maar in de openbare “garage” om de hoek was en ook die bleek in Bolivia niet duur. Santa Cruz had niet veel te bieden maar we wilde vooral El Mundo naar de garage brengen. Ze hadden in Argentinië dan wel de remmen en de lager “gemaakt” maar beide hadden ze het al weer begeven. We zijn dan ook naar de Suzuki dealer gegaan met een soort van blanco cheque. We gaven aan wat er kapot was en dat ze de auto verder moesten nakijken op grote gebreken. Als er extreme kosten zouden zijn moesten ze het ons laten weten. De auto moest ook goed zijn aangezien Anneke (mama Sabine) een maand later kwam en wij niet wilde dat die dan stil kwam te staan in de 3 weken dat zij er was. Terug in het centrum gingen we een ander plan verwezenlijken. We wilden veel mensen een kaartje sturen. We maakte een straatverkoopstertje heel blij want we kochten even 48 kaarten bij der. We zijn benieuwd of ze er ooit zoveel verkocht heeft in 1 keer. Aan haar verblijde maar ook verbaasde blik vermoeden wij het antwoord al te weten.

Over de auto kregen we geen bericht dus de volgende morgen konden we hem ophalen. We waren toch een beetje gespannen. Bolivia is goedkoop maar wat zal het gaan kosten, 100 euro? 800 euro? Zeg het maar?! Toen we de rekening kregen waren we blij verrast. Het koste ons zo’n 200 euro en nu was alles tenminste goed gemaakt en hij was nog in aardige conditie. Helemaal blij gingen we weg alleen moesten we nog even tanken. Bij de eerste 4 tankstations konden/wilde ze ons geen benzine geven omdat we buitenlandse platen hadden. Toch knap lastig als er nog maar voor een paar kilometer in de tank zit… Bij het 5de tankstation kregen we na veel zeuren en aandringen benzine en wel voor de lokale prijs 0,35 cent. Dit was echter niet genoeg want we mochten alleen de jerrycan vullen. Bij het laatste tankstation mochten we gelukkig de auto vullen. Ook hier kregen we het wonderbaarlijk voor de lokale prijs en zo hadden we na lang zoeken 56 liter gekregen voor maar liefst 20 eurotjes. Kijk zo ga je met plezier tanken! De avond was al weer aangebroken en de volgende morgen zouden we weer vertrekken. We gingen naar Samaipata en vanuit daar naar Sucre.  Dit bleek later een onvergetelijke trip te worden..

 

 

 

Category: Bolivia  Leave a Comment

Muggen… euh dieren spotten in Brazilië.

Onze volgende bestemming in Brazilië zou Bonito worden. Hier schijnt een rivier te zijn midden in de jungle die oh zo helder is, waardoor je er geweldig in kan snorkelen. Aangezien wij de onderwaterwereld erg interessant vinden wilde we dit  natuurlijk niet missen. Het koste weer 1,5 dag rijden maar dan bende wel in Bonito.  Ook hier hadden we weer een goedkoop minimalistisch hostel gevonden waar we geregeld hadden dat we met onze gaspitjes in de tuin konden koken. Scheelt toch weer een hoop centjes! Waarom zou je in een drie sterrenhotel slapen als je toch amper in je kamer bent en iedere dag uit eten gaan is ook niet meer leuk na 500 keer!  De eerste dag gingen we naar het lokale poedelpoeltje en hier bleken alleen maar Brazilianen te zijn. Ook hier waren net zoals in Argentinië strings weer in de mode. Gelukkig was het aanzien hiervan wel wat beter dan de vorige keer. In het water zwommen honderden grote vissen van allemaal het zelfde soort. Als je in het water wilde moest je dwars door ze heen. Ze zwommen er al lang genoeg om precies te weten wanneer ze weg moesten gaan want aanraken lukte echt niet. Hier hebben we een heerlijke rustige middag gehad op een zooi muggen na..

De dag erna was het tijd om naar de rivier Rio da prata te gaan om daar te gaan snorkelen. Het is een half uurtje rijden en alle toeristen gaan er met een taxi heen. Hierdoor hebben ze een monopolie positie en vragen ze dus gewoon 75 euro om heen en weer te gaan!! Op dit soort moment levert El Mundo ons gewoon geld op! We hadden veel goeie verhalen gehoord en gelezen dus we verwachten er best wel wat van. Bij aankomst kregen we een wetsuit aan en daarna was het nog 20 minuten wandelen  door de jungle. In de jungle kon je dus gewoon geen 20 seconde stil staan omdat er anders gelijk 20 muggen op je zaten. Ze waren groot genoeg om dwars door je wetsuit heen te prikken. Helemaal gek werd je er van. Eenmaal in het water had je er gelukkig geen last meer van. Het water bleek echt wonderbaarlijk helder te zijn en er zwommen veel vissen in rond. Na een tijdje bleek het echter wel wat saai te worden. Er zwommen om precies te zijn 4 verschillende vissen rond en de tour duurde 1,5 uur maar na 30 minuten hadden wij ze toch wel gezien. Dat is het nadeel dat we al gedoken hebben met haaien, schildpadden en hordes met verschillende vissen. Op dit soort momenten betaal je de prijs van lang reizen en al veel gezien te hebben. Sommige dingen zijn dan toch wat minder interessant geworden dan voorheen. De heerlijke lunch en de hangmatten erna maakte nog wel wat goed maar al met al hadden we er toch teveel van verwacht.

Na Bonito vertrokken we naar Pantanel. De Pantanel kun je een klein beetje vergelijken met het amazone gebied maar dan zonder de jungle.  Veel water, ongerepte natuur en veel wilde dieren. We hadden gehoord dat je er op een range bijzonder kon slapen. Je kon in een kamer slapen, kamperen of je kon in een hangmat slapen. Dit is toch weer wat anders dus wij gingen voor de hangmatten. Het was 3 dagen en 2 nachten en we gingen dan een nacht en dag safari maken, een boot tour, paardrijden, een wandeling en onze favoriet piranha vissen. Na een paar uur rijden kwamen we aan en bleek dat de camping dicht was maar we mochten voor dezelfde prijs ook een kamer hebben. Dit wilde we niet want we hadden geboekt voor een hangmat. Dit leek ons juist zo leuk en een keer wat anders dan een normaal bed. Uiteindelijk mochten we toch in een hangmat slapen en hadden we het hele gebouw voor onszelf.

Gelijk na aankomst konden we mee met de boot tour en hier kwamen we (wederom) met ze in aanraking. De Braziliaanse mug… Met honderden waren ze aanwezig! We hadden beide een sjaal mee en hiermee pakte we onze armen en hoofd in. Het zag er niet uit maar het hielp wel. Tijdens het varen kwamen we een grote cavia tegen (capibara), een miereneter, veel verschillende soorten vogels en ontelbaar veel kaaimannen. Toen we terug waren bleek Michael toch niet alle muggen afgezworen te hebben. Ze hadden de weg in zijn broek gevonden en hadden hem op 1 been rond zijn sok minimaal 100 keer stoken. Later was het allemaal opgezwollen en had hij een mooie muggenbulten band rond zijn been. Mooi begin met de muggen wat stond er ons nog meer te wachten..

Tijdens het avondeten kregen we bezoek van de varkentjes van het erf en een kaktetoe die zijn slaapplaats in het eetvertrek  had gemaakt.  Toen was het tijd om in onze hangmatjes te gaan slapen. Michael sliep (zoals gewoonlijk) snel maar Sabine kon der draai niet vinden en ze werd gek van het gezoem van de muggen. Al snel besloten we om het luchtbed uit de auto te halen. Nu konden we rustig slapen zonder dat we bang hoefde te zijn om lek geprikt te worden. We konden namelijk mooi onze klamboe om het luchtbed heen hangen. Gelukkig hadden we nu goed kunnen slapen en kon dag 2 beginnen.

Vandaag stond paardrijden, piranha vissen en een avond safari op het programma. We gingen dit doen met een ander Nederlands stel en het klikte meteen. We hadden ook allemaal (helaas) 1 prioriteit, zo min mogelijk geprikt worden door muggen.. Bepakt als mummies zaten we op de paarden. Het eerste gedeelte zagen we totaal geen dieren alleen maar die verdomde muggen. Na een half uurtje kwamen we uit op een gedeelte waar geen muggen meer waren en eindelijk konden we ons uitpakken. Het was namelijk goed zweten met 30 graden want we waren zo ingepakt dat je echt alleen onze ogen nog kon zien. We hadden geluk dat we nog even verkoeling kregen omdat we met de paarden door een watertje gingen waar allemaal kaaimannen in zwommen. Nu konden we ook iets meer gaan genieten van de natuur en het paardrijden. Althans achteraf bleek het inpakken en het dikke vest van Michael toch niet dik genoeg te zijn geweest. Ze hadden hem wederom goed te pakken gehad. Dit keer hadden ze door zijn vest heen gestoken op beide bovenarmen. Sabine was had nergens last van normaal is het toch echt andersom! Na het paardrijden zijn we ter afkoeling gaan zwemmen in het zwembad. Dit was veilig terrein want hier ze spoten steeds een goedje waardoor de muggen wegbleven. Gelukkig maar!

Wat later in de middag konden we gaan vissen op piranha’s. Gewoon een bamboe stok, vislijntje met een haakie een stukjes vlees en meer was er niet voor nodig. Op het moment dat we begonnen te vissen kwamen er gelijk een stuk of 10 kaaimannen onze kant op. Ze kwamen rustig op het land of in het water binnen een straal van 1 tot 3 meter van je afliggen. Daar sta je dan te  vissen met een kaaiman binnen hapbereik. In het begin hadden de piranha’s het vlees er al af voordat je het in de gaten had maar toen we het door hadden vingen we de ene naar de andere. Je moest ze wel snel binnen halen anders aten de kaaimannen ze gewoon van je lijntje af. Uiteindelijk hebben we er samen een stuk of 15 gevangen. De eerste 2 gingen in de avond op de BBQ en de rest konden we voeren aan de kaaimannen. Echt te grappig! Michael had ook nog een kaaiman aan de haak geslagen. Deze had onderwater het stukje vlees gepakt. Eerst dacht hij nog aan een te grote vis maar toen de grote bek boven water kwam wisten we wel anders. Uiteindelijk liet hij wel weer los dus helaas hadden we geen krokodil op de BBQ die avond. Haha. Je vraagt je misschien nu af of we hier geen last hadden van de muggen?! Nou helaas wel…. Het enige wat niet bedekt was waren de handen en wederom bij Michael hadden ze daar goed gebruik van gemaakt. Met een snelle tel kwamen we op nog eens minimaal 60 beten.. Sabine was de dans wederom ontsprongen. Wij vermoeden dat het komt door de witte sjaal die ze steeds droeg anders zouden we het ook echt niet weten. De avond safari was niet erg bijzonder. Wat Capibara’s en wederom honderden kaaimannen en dit keer GEEEN muggen.

In de avond zagen we nog hoe ze 2 wilde zwijnen aan het fileren waren. Deze hadden ze geschoten en ze werden later opgediend aan de gasten. Wij waren samen met het andere stel in gesprek met de jagers gekomen en met half Spaans, half Portugees en een beetje Engels hebben we een super gezellige avond gehad.

In de ochtend stond er een dag safari en een wandeling op de planning. Na dit alles zouden wij weer verder rijden naar Bolivia. Wij hadden al snel besloten om de wandeling i.v.m. de muggen te laten schieten. We zouden dan alleen maar als kanonnen voer dienen. Dacht het niet! De safari deden we met een grotere groep maar iedereen werd gek van de muggen. Hierdoor kon je gewoon niet top genieten. Het was er mooi en gezellig maar met ruim 300 muggenbeten waren we toch echt blij dat we konden vertrekken.

 

Category: Brazilië  3 Comments

Iguazu watervallen; Brazilië VS Argentinië.

Vanuit Chajari moesten we nog een hele dag rijden naar de Iguazu watervallen. De lange dagen rijden zijn niet altijd even leuk maar het hoort er nu eenmaal bij de eindeloze wegen in Zuid Amerika. Gelukkig heb je met de BBQ stands langs de weg altijd wel wat lekkers te eten! Eenmaal aangekomen in Puerto Iguazu was het al weer donker. Gelukkig hadden we dit keer gelijk een hostel want dit is ook wel is anders.. Hij was wel minimaal en hield echt niet over maar de prijs compenseerde dat dan weer. Fatsoenlijk slapen voor een normale prijs blijft altijd een gevecht tijdens zo’n lange reis.

De Iguazu watervallen stonden bij ons erg hoog op het things to do lijstje voor deze reis. Deze gigantische watervallen kun je vanuit 2 landen bezichtigen. Je hebt het panorama aanzicht aan de Braziliaanse kant en aan de Argentijnse kant kun je hem van heel dichtbij bewonderen.  Er is al heel lang een battle gaande tussen Brazilië en Argentinië over wie heeft het mooiste gedeelte van de waterval…. We zullen is gaan kijken wie deze battle volgens ons gaat winnen.

Wij hadden besloten om dag 1 de Braziliaanse kant te zien en de volgende dag de Argentijnse kant. Dit omdat de Argentijnse kant indrukwekkender moest zijn. Wij reden weer zonder problemen de grens over met de auto en in 15 minuten waren we er al. In het park reed er een bus rond waar je op verschillende momenten eruit voor activiteiten of wandelpaden. Wij kozen voor een wandelpad en daar was de eerste blik op deze imposante verschijning. We wisten wel dat die groot was maar niet dat die meer als een kilometer breed zou zijn. Echt niet normaal hoe groot! Wel hadden we verwacht dat er meer water naar beneden zou komen. Althans dat beeld hadden we aan deze kant maar daar komen we de volgende dag nog wel op terug. We hebben er in totaal ruim 2 uur rond gelopen en na elke bocht zag die er weer anders uit. Tijdens de wandeling kwamen we ook wildlife tegen, veel vlinders en een soort wasbeer.  Aan het einde van het pad kreeg je nog een gratis douche van de waterval en toen zat dag 1 er al weer op. Tijdens het rondlopen kwamen we steeds een wat oudere Amerikaan tegen waar we soms een woordje mee wisselde. Tijdens een van onze weerziens vroeg hij of wij zin hadden om s ’avonds een hapje te eten of wij zijn toch wel heel gezellig of hij voelde zich een beetje alleen. Zullen we het maar op het 2de houden?! Al met al werd het een gezellig avond.

Vol verwachting reden we dit keer naar de Argentijnse kant van Iguazu waterval . Aan deze kant van de waterval kun je 3 trails lopen en hiervan wilde we niks missen. We begonnen bovenaan bij de Devils troat en dit is ook gelijk het meest indrukwekkendste stuk van de waterval. Normaal doe je dat als laatste maar omdat wij een toetje voor onszelf in gedachten hadden besloten wij het anders te doen. De Devils Troat kun je het beste zien als een U vormige waterval waar massa’s en dan ook echt massa’s aan water naar beneden komt. Hier namen we ook gelijk de woorden terug van een dag eerder dat het aantal water dat naar beneden komt wel meevalt. Ongelofelijk waar al dat water vandaan kwam en foto’s maken was ook gelijk een hele opgave. Je stond letterlijk bovenop de waterval en je werd er kleddernat van. Wat was dit mooi en indrukwekkend om te zien.  Op een gegeven moment waren we aardig nat en vonden we het wel weer welletjes geweest en gingen we door naar trail 2. Hier was alles wat minder lomp aan water maar oh zo mooi om te zien. Vanaf deze trail kregen we constant verschillende regenbogen te zien die werden gecreëerd door het op spetterende water. Helaas hebben we de pot met goud niet gevonden!  Wat gaf deze trail mooie uitzichten op de watervallen. Nu bleek ook dat we de juiste keuze gemaakt hadden om eerst de Braziliaanse kant  te doen met de panoramaview en daarna de intense Argentijnse kant. Na trail 2 kwam ons toetje. We hadden tickets gereserveerd om met een boot langs de watervallen te gaan. Dat dachten we tenminste. Toen we op onze beurt aan het wachten waren kwamen alle mensen namelijk doorweekt uit de boot. Na wat navraag bleek de boot niet langs maar letterlijk in de watervallen te gaan. VET!!! Wij dus T-shirts en schoenen in de dry-bag, zwemvest aan en hop die boot in. Het eerste rondje varen we rustig en netjes langs de Devils Traot en andere watervallen en zo waren ze echt GIGANTISCH!! Voor het 2de rondje kregen we het seintje “camera’s de tas in” en daar gingen we dan, vol de Devils troat in! Ze stuurde de boot zo dat we precies onder een waterval uitkwamen om vervolgens een stukje verder er weer 1 in te duiken. Als verzopen katjes kwamen we de boot uit maar dit maakte de Iguazu watervallen toch nog wat specialer! Nu we doorweekt waren en 3 kwart van de laatste trail gehad hadden vonden we het mooi geweest en gingen we terug naar ons hostel.

Na deze twee dagen zijn wij als jury er unaniem over eens dat Argentinië deze battle heeft gewonnen. Hoe mooi ook het panorama view is van de Braziliaanse kant hij zou volgens ons nooit gaan winnen van de indrukwekkende hoeveelheid water van de devils troat, de regenbogen met de intense blik op de watervallen en de boottocht waar we gedoopt werden met Iguazu water. Je kan zelf ook een beetje mee oordelen aangezien we de foto’s van de Braziliaanse  en Argentijnse kant apart plaatsen.

In ons hostel besloten we om te gaan kijken wat onze route verder ging worden. Tijdens het plannen gaven we onszelf een verrassing. Wij gaan naar Brazilië!!! Er bleek in onze planning nog wat ruimte te zitten en zo konden via Brazilië naar Bolivia rijden. Het zou ongeveer een week kosten en we konden volgens de Lonley Planet 2 hoogte puntjes meepakken. Dit is het voordeel als je lang reist en geen planning hebt. Op deze manier blijven wij onszelf verrassen.

Onverwachts gezellig.

Vanuit het bruisende Buenos Aires waar we een week heerlijk hebben gerelaxed vervolgde we onze reis richting de Iguazu watervallen. Een rit van a 1400 kilometer stond op het programma. We hadden besloten om via Uruguay en Brazilië naar Puerto Iguazu te gaan. Gewoon om ook even in deze 2 landen te zijn geweest. Toen we bij de afslag van Uruguay waren besloten we om het toch maar niet te doen. Het koste meer tijd, we zouden niks bijzonders zien en we moesten dan weer geld zien te krijgen. We zijn via Argentinië naar Iguazu gereden. Tijdens deze lange dagen rijden zijn we vooral van het vele kilometers maken met zo min mogelijk stops. Maar ja soms moet je toch echt een keer naar de wc. Michael vergeet ongeveer bij iedere stop onze lampen uit te doen waardoor de accu elke keer op de proef werd gesteld. Bij één van onze stops was Michael zo trots op zichzelf dat hij het een keer niet was vergeten. Bij het wegrijden vergat hij ze dit keer alleen weer om aan te zetten. Geen probleem zal je nu denken.. nou toch wel!

In Argentinië is het verplicht om met lampen aan te rijden. Nog geen 2 kilometer na het tankstation was er een politiecontrole. Daar werden we langs de kant gezet met de mededeling dat we onze lampen niet aan hadden staan. Met ”oeps ik ben ze vergeten aan te zetten bij het vorige tankstation” bereikte we niks. Onze SNOR had vooral zin om ons even goed te naaien!!  Hij was op zoek naar meerdere overtredingen: “Hadden we een gevarendriehoek?” Ja, die hadden we. “Hadden we een brandblusser?” Ja, die hadden we ook. Toen begon hij over onze nummerplaat. Maar toen hield ons beste Spaans echt op….. We kregen maar niet duidelijk wat er mis was, in onze ogen was die mooi wit, zat die goed vast en kon je hem goed lezen. Dus wat was nu het probleem?? Gelukkig had deze politiepost internet en konden we via Google translate (al vaker onze redder in nood) duidelijk gekregen wat het probleem was. Wat bleek hij vond onze trekhaak niet goed zitten omdat je in zijn ogen het nummerbord niet goed kon lezen. Wij waren het daar natuurlijk totaal niet mee eens. De boete voor het zonder licht rijden klopte maar voor de trekhaak wilde wij geen cent betalen. Hij vroeg totaal voor beide boetes een bedrag van 200 euro. Na veel geouwehoer kregen we het eindelijk voor elkaar dat we de boete voor de trekhaak niet hoefde te betalen. We hadden hem beloofd dat we de trekhaak zouden verwijderen in het volgende dorp. JEAHH RIGHT maar hij geloofde ons ik-lieg-niet-meneer-gezicht en hij ging akkoord. Helaas was de boete voor het zonder licht rijden nog 75 euro. We zullen maar zeggen ‘wie niet luisteren wil moet maar voelen’.  Michael had bedacht dat als hij nu eens minder geld op tafel zou leggen en zou zeggen dat we echt niet meer hadden,  dat het bedrag dan wel is omlaag kon gaan. Michael legde ongeveer 40 euro en wat kleingeld neer. De SNOR deed zijn petje af en begon over zijn hoofd te krabben, deze handeling deed hij enkele keren toen hij met de mededeling kwam: “Als jullie het geld niet hebben dan mag je ook naar de rechtbank” Dat zagen we toch echt niet zitten, dus met de smoes “misschien hebben we nog wat geld in de auto liggen” legde we uiteindelijk de 75 euro neer. Helaas deze strijd hadden we niet gewonnen. Wel hadden we nu een mooi blauw papiertje als souvenir…. GRRR

Na al dit gedoe gingen we helaas nooit meer ons geplande stadje halen die avond, dus we besloten om naar het volgende dorp Chajari te rijden. Vaak als je ongewild moet stoppen kom je in van die stinkende industrie steden waar je in crappie hostels moet slapen waar je het liefst je hond nog niet laat slapen. Maar goed een andere keus hadden we niet…. Eenmaal aangekomen zagen we al snel een duur ogend hotel, maar ja niet wie niet waagt wie niet wint. Toen we vroegen aan de receptionist of hij Engels sprak, begon hij te glunderen want hij sprak inderdaad Engels. De kamer was geen kamer maar een appartementje  (keuken-woonkamer-extra slaapkamer) erg fancy allemaal. En wat bleek, de prijs was prima! We waren dolgelukkig en onze receptionist ook, want in dit hotel hadden 2 jaar geleden voor het laatst blanke toeristen geslapen. Die avond raakte we in gesprek met Emanuel, de receptionist. Het was vooral een leuk gesprek omdat wij veel in het Spaans probeerde te doen en hij in het Engels.

El mundo had wat last van remmen die niet altijd goed functioneerde. Aangezien we een heerlijke kamer hadden besloten we in dit dorpje er even naar te laten kijken. Om de hoek van ons hotel zat een echte remmenman. Emanuel wilde ons dolgraag helpen dat hij zelfs op zijn vrije dag met ons mee ging naar de garage om alles te vertalen.(later kwamen we erachter dat dit zelfs zijn verjaardag was).  Onze remmen werden gemaakt maar helaas bleek er meer aan de hand te zijn met onze El Mundo. Vergelijk het met naar de dokter gaan, je gaat voor je grote teen en het blijkt opeens je oor te zijn. Onze El Mundo had last van zijn lagers. Het bleek dat deze volledig naar de klote was en dat het levensgevaarlijk was om hier mee door te rijden.  El Mundo moest dus echt gerepareerd worden. Helaas was het zaterdag en was het dus te kort dag omdat zondag alles dicht was. Na vele telefoontjes vonden we eindelijk iemand die onze El Mundo kon repareren. Wij daar snel heen maar het enige wat we konden doen was hem daar achterlaten. Hij ging namelijk dicht en maandag middag konden we hem weer ophalen. Gelukkig was er in dit dorpje een heerlijk hotspring en konden we daar de gehele zondag in vertoeven.

Buiten dat we nu niet in een toeristisch oord waren waardoor de prijs weer is schappelijk was viel er over deze hotspring nog wat bijzonders te melden. Althans niet zo zeer over de hotspring maar meer over de vrouwen die er kwamen. Nou oké, niet zo zeer over de vrouwen maar meer over de kleine bikini’s die ze droegen. Het is algemeen bekend dat de vrouwen in Zuid Amerika aardig wat ronde vormen hebben en dat ze met carnaval alleen een heel klein stringetje dragen. Wij zien dan voornamelijk de foto’s van mooie vrouwen en mooie vormen. Deze trend heeft zich voortgezet in de bikini keuze van de dames bij het zwemmen. Alleen is er 1 groot verschil met de dames op de foto’s en de dames in deze hotspring. ALLE dames droegen hier een string! Of je nu 17 of 65 bent of je nu maatje 38 of 52 hebt dat maakte dus gewoon niet uit! Laat nu wel ongeveer 95% van de dames ouder als 45 zijn geweest en ze hadden niet bepaald de billen die wij kennen van de foto’s. Laat je verbeelding dan maar zelf spreken en je weet hoe verbaasd wij steeds hebben rond gekeken. Maar goed dat de mensen om ons heen geen Nederlands spraken!

In de avonden dat we in ons appartementje waren kookte we heerlijk voor onszelf. We vonden een soort van Aldi waar we goedkoop eten konden kopen en iedere avond was het zelfde kostje. “gebakken aardappelen met sla en heerlijke biefstukken.” We wilde wel wat anders koken maar de biefstuk was zo heerlijk dat we het niet over ons hart konden verkrijgen om bijvoorbeeld spaghetti te maken. Verder hebben we veel lol gehad met Emanuel. We hebben hem zelfs geleerd hoe hij kapsalon kon maken met het vlees van Argentinië hahahaha. Hij wil dit nu gaan maken voor zijn vriendin. Zijn mama had ook iets voor ons gemaakt waardoor we de Argentijnse cultuur even konden proeven. Hoezo even culturen wisselen! Emanuel heeft ons ook al een berichtje gestuurd dat als we ooit terug komen dat er een grote asado (barbecue) op ons staat te wachten….jammie!

Toen we maandag aan de wandel waren naar de garage om onze El Mundo op te halen kwam de eigenaar van ons hotel voorbij gereden. Hij vroeg of we op weg waren naar de garage. Op dat moment stonden we er niet bij stil waarom hij met ons mee ging. Maar later viel het kwartje. Hij deed dit zodat we niet de hoofdprijs zouden betalen voor El Mundo. Een super lief gebaar. Toen we de volgende dag wilde vertrekken kregen we vanuit het hotel een leuk cadeau. Een zak sinaasappels voor ongeveer een heel weeshuis, snoepjes, koekjes en magneetjes voor op de koelkast. Wat vervelend begon bleek een verhaal te worden om niet meer te vergeten door alle vriendelijkheid die we daar hebben gekregen..

Category: Argentinie  One Comment