Blog Archives
De komende 2 dagen stond Machu Picchu, de Inca ruïne op het programma. Wat Anneke’s trouwens steevast Michu Pachu noemde. Iets waar we allemaal erg naar uit hadden gekeken want het blijft toch een wereldwonder. Je zou zeggen dat het dan bijzonder moet gaan worden. Toch?! Om optimaal te kunnen genieten van dit wonder dan moet je er 2 dagen vooruit trekken. Eerst een dag om naar een dorpje ervoor te reizen en dan een volle dag incl. zonsopkomst bij de Machu Picchu zelf. Om de Machu Picchu te bereiken hebben we in Cuzco een bus gepakt die je in ongeveer een uur naar het dorp waar brengt vanwaar de trein vertrekt. In dit dorp aangekomen bleek er net een parade te zijn en het voelde even als februari in Nederland. Het leek er wel carnaval want iedereen had er een vreemd kostuum aan met een masker op. Na hier even van genoten te hebben ging onze trein naar Aqua Calientes. De treinreis zelf was erg mooi tussen de bergen en je kreeg nog wel een beetje waar voor het dure trein kaartje. Om extra van de treinrit te kunnen genieten had de trein een panorama dak. Aangekomen in Aqua Calientes bleek dit dorp niets meer als een stinkend toeristisch kutgat! Zonder de Machu Picchu was dit dorp er nauwelijks geweest. Iedereen die hier komt is er voor de Machu Picchu en blijft hier dan ook maar 1 nacht. Dit weten ze allemaal hier en daarom proberen ze je zoveel mogelijk op te lichten en daarom kun je zelfs onderhandelen over de prijs van een drankje op het terras. Verschrikkelijk gewoon! Zelfs er eten kan je letterlijk buikpijn bezorgen want omdat iedereen de dag erna toch weer vertrekt neemt bijna geen restaurant de hygiëne serieus. Wij hebben in een iets te duur maar wel goed restaurant gegeten in de hoop dat we de dag erna niet met de race over de Machu Picchu zouden vliegen. De volgende morgen moesten we al vroeg op. We wilde de eerste bus van 5 uur pakken die je in een half uurtje naar de poort van de Machu Picchu brengt. Eenmaal bij de bus bleken we niet als enige dit idee te hebben maar gelukkig konden we met bus 3 al mee.
Boven bij de poort ging het dan echt gebeuren. We zouden eindelijk de verborgen stad de Machu Picchu gaan zien. Wij hadden als plan om gelijk naar het hoogstgelegen punt te gaan voordat het daar overvol was met mensen. Het bovenaanzicht leek ons ook bijzonderder dan er tussen te lopen en daar wilde we rustig van kunnen genieten. Het was een klim naar boven van 1,5 uur maar het was het meer als waard. Boven waren we met alleen een ander stel en de zon kwam net achter de bergen vandaan en begon de stad te verlichten. Wat was dit bijzonder mooi om te zien. Als je daar boven staat kun je ook zien hoe onmogelijk het is geweest om daar boven op en tussen bergen een hele stad te bouwen. Hier hebben we een uur gezeten en puur genoten van het uitzicht tot er een irritante egoïstische groep Franse kwam. (Hoe kan het ook anders..) We zijn toen naar beneden gelopen om de ruïnes van dichtbij te bewonderen. Als je tussen de ruïnes loopt is het onbegrijpelijk dat het er nog zo goed uitziet. Na 573 jaar staan er nog zoveel muren overend, zet er een dak op en je kan er nog gaan wonen. Wij hadden geen gids dus hebben we af en toe wat informatie mee gepikt van andere gidsen. Zij waren vaak zo vriendelijk om ons zelfs bij hun uitleg te betrekken. De enige vaste bewoners die de stad overigens nog telt zijn de 11 Lama’s. Na een hele dag rondgelopen te hebben waren we kapot en was het tijd om de bus, trein en bus weer naar huis te pakken. Wat hebben wij genoten van deze dag en dan vooral van het bovenaanzicht. Ik denk dat de foto’s meer zullen zeggen als onze woorden.
In Cuzco hebben we alleen die nacht nog geslapen en vervolgens was ons plan om naar Nazca te rijden. Maar alles liep iets anders dan gehoopt. Het ging allemaal redelijk lekker tot ineens de weg was afgesloten. Dit is niks nieuws in Zuid Amerika en na 5 minuten kun je dan meestal weer verder. Dit keer was het toch iets anders. Het was net iets over 10 en ze gingen de weg afsluiten tot 12.30. Dit hadden we even niet ingecalculeerd maar meer als rustig wachten in de zon kun je dan gewoon niet doen. Toen we na 2,5 uur wachten weer weg konden begon El Mundo moeilijk te doen want in de hogere bergen kreeg die weer een bekend probleem, veel stotteren en soms zelfs stoppen met rijden. Bij een “weg restaurant” zijn we gestopt om hem af te koelen met water. Hier hebben we wat gegeten en ook even gebabbeld met 2 agenten die daar ook aan het eten waren. Toen we weer vertrokken hoopte we dat die het weer ging doen en dat deed die gelukkig ook… maar liefst 2 bochten. Daar stonden we dan met een auto die het niet deed en nog ruim 30 Kilometer met klimwerk voor de boeg. Na van alles geprobeerd te hebben kwamen ineens de 2 agenten van het restaurant aanrijden en zij parkeerde achter ons. Ze hadden ons zien staan en hadden vast gedacht die moeten we even helpen. Ze belde met een bevriende monteur en die vertelde waar de agent naar moest kijken. Dit bleek allemaal niet te werken en toen besloten ze ons om de weg naar boven te slepen. Daar hingen we dan midden in Peru met onze auto achter een politiewagen. Af en toe zette ze de sirene en lampen aan en ze genoten opzichtig dat ze ons konden helpen. Ook al deed onze auto het niet, stiekem was dit toch ook wel een mooi verhaal. Boven op de berg koppelde ze ons los en zeiden ze dat we 30 kilometer naar het dorp konden rollen omdat alles naar beneden liep. We bedankte de heren vriendelijk en toen reden ze weer terug. Onze auto deed voor het slepen alleen met horden en stoten en had nauwelijks vermogen. We begonnen aan onze tocht naar beneden en verrek, El Mundo had er gewoon weer zin in! Hij deed het zonder problemen en we kwamen met gemak aan in het dorp. Het was inmiddels al laat en wilde toch even naar El Mundo laten kijken. Verschillende “garages” konden niks doen omdat ze nog nooit een Suzuki Jimny hadden gezien. Bij de laatste garage begonnen die gelijk aan de bougies te klungelen en 1 bleek er verzopen te zijn in de olie. Volgens hem was dit het probleem en dat loste die wel even op. Helemaal gelukkig zochten we een hotel om de volgende dag de rit te vervolgen.
Tijdens deze rit bleek het probleem nog steeds niet opgelost want hij had het op hoogte weer. We vermoeden nu dat deze problemen met het vermogen toch door de hoogte en gebrek aan zuurstof is gekomen. Dit keer konden we wel blijven rijden en na weer een lange dag kwamen we in de avond aan in Nazca. Toen we de auto gingen parkeren bleken we ook onze eerste lekke band van de trip te hebben. Het rare maar ook het gelukkige was echter wel dat het ging om onze reserveband die aan de achterdeur hing. Deze is naar onze verwachting gewoon gesneuveld door de hoogtedrukverschil in de bergen. Nu maar hopen dat er geen andere band gaat sneuvelen binnenkort want dan hebben we een probleem.
In Nazca zouden we de Nazca lijnen in een stuiterend vliegtuigje gaan bekijken en naar wat graftombes gaan maar door Michaels ezelgedrag ging het laatste toch iets anders dan verwacht.
Hallo Allemaal,
Het is alweer 6 September en dat betekend dat voor ons een einde komt aan deze GEWELDIGE reis. Straks vliegen wij weer naar Nederland en komen dan morgen aan.
Wat wij het afgelopen jaar mee hebben gemaakt dat is bijna niet te beschrijven. We hebben zelf niet altijd in de gaten wat we allemaal meegemaakt hebben. Van het ene bijzondere voorval vielen we zo weer in het andere. Via dit blog hebben we geprobeerd om jullie een kijkje te geven in wat wij gekscherend “onze wereld” noemen.
Het viel niet altijd mee om het bij te houden en dat heeft geresulteerd in een “kleine” achterstand wat betreft schrijven en foto’s plaatsen. We moeten nog Peru afschrijven en verder, Ecuador, Galapagos, Colombia, Panama en Costa Rica. Met andere woorden of je het nou leuk vindt of niet, jullie zijn nog niet van ons af!
Vanuit Pino zijn we naar Arequipa gereden, om de rit nog even te doorbreken zijn we onderweg gestopt bij ruïnes. Deze zouden erg mooi moeten zijn maar eerlijk gezegd vonden we het alle drie tegen vallen. Daarbij liep Sab kotsend over het park heen omdat ze zich niet lekker voelde. Door dit alles waren we zo vertrokken. De weg van Pino naar Arequipa bleek achteraf een hele uitdaging. De weg zat vol met hoge bergen en teveel bochten. Michael werd he-le-maal gek van het stuurwerk! Ontzettend veel bochten en geen stuurbekrachtiging is op dat soort momenten niet de beste combinatie. Voordat we vertrokken wisten we het nog niet en misschien gelukkig maar want het bleek dat we naar bijna 5000(!) meter moesten. Met alle spullen en 3 man in de auto was het geen gemakkelijke opgave voor El Mundo maar hij heeft het gehaald. Wel hebben we op deze weg vele ongelukken gezien. Allemaal auto’s, bussen en vrachtwagens die de berm in geknald waren omdat ze de controle over het stuur waren verloren. Na uren van op en af en van links naar recht kwamen we in Arequipa aan. Arequipa stond vooral bekend om zijn kathedralen en om zijn witte stadcentrum, maar daarnaast ook om een ontdekking. Normaal zijn we niet zo van het museum bezoeken en daarom hebben we dit ook zelden gedaan deze reis. Dit museum konden we echter niet overslaan. Het museum was naar onze mening niet zo interessant maar we waren er ook voor één ding gekomen. De ontdekking….. Ongeveer 500 geleden was het de normaalste zaak van de wereld om een onschuldig kind te offeren aan de goden. Dit om de goden “te vriend” te houden. Ze kozen hier altijd gezonde kinderen voor in de leeftijd van 10-15 jaar voor. Het kind werd gewikkeld in de mooiste kleden en kreeg goud met haar mee zodat ze dit aan de goden kon geven. Het mooie van dit verhaal is dat ze dus in de buurt van Arequipa een kind hebben gevonden die geofferd was. Zij was volledig intact, dit kwam omdat ze ingevroren zat op de berg. De haren, kleding, huid en zelfs ingewanden waren intact gebleven. Toen ze haar vonden konden ze zelf zien wat ze gegeten had voordat ze geofferd was. Best ziek na 500 jaar. Dit meisje kun je nu dus aanschouwen in het museum. Indrukwekkend om een kind te bekijken dat 500 jaar geleden heeft geleefd.
Rond Arequipa ligt de Colca Canyon en hier wilde we graag met de auto heen om vervolgens naar Cuzco te rijden. We hoorde alleen van iedereen dat de weg van daar naar Cuzco erg slecht was en dat durfde we niet aan met onze overbeladen ratelende El Mundo. Dit was de eerste weg tijdens onze trip die we vermeden… We moesten er dus met een dag tour heen en ondanks dat we echt vroeg op moesten was het zeker geen straf. De vallei waar we langs reden is één van de diepste ter wereld waardoor de uitzichten schitterend waren. De condors die daarbij vlak boven je heenvlogen waren de kers op de taart. Laat maar voldaan waren we weer terug om volgens de volgende dag de lange trip naar Cuzco te maken.
We keken erg uit naar Cuzco omdat we daar naar het wereldwonder Machu Picchu zouden gaan. Als eerste moesten we de hele weg die we heen gereden waren naar Arequipa weer terug en dan nog helemaal door naar boven. Het originele plan was om halverwege ergens te slapen. Toen we eenmaal zover waren besloten we om één keer door te rijden. Laat en in het donker kwamen we aan en het bleek er een warboel met straatjes te zijn. Aangezien we nog steeds met kaart rijden is dat soms erg lastig. De hostels die we vonden waren duur, we waren moe en wij (Sab en Mike) besloten maar is lekker op elkaar te gaan knooien. Dit maakte het zoeken niet gemakkelijk maar na ruim een uur zoeken vonden we dan eindelijk een hostel. De volgende dag stond het plannen van onze trip naar Machu Picchu op het programma. Cuzco is de uitval basis voor de meeste mensen om daar heen te gaan en veel mensen nemen een georganiseerde tour. Wij verrekken het om achter een gids met een vlag aan te lopen en dit is vaak nog duur ook. Daarom besloten we om het zelf te regelen en boekte we een veel te dure treinticket (95 euro pp) en de entree ticket zelf. Dit is echter pas het begin van alles want er komt nog veel meer bij kijken maar dat komt later. Die avond gingen Sabine en Anneke een verzorg avondje houden met massages en nageltjes. Dit omdat Michael geheel onverwachts bezoek had gekregen. Sjef een vriend van Michael was toevallig op het zelfde moment in Cuzco. Samen hadden ze afgesproken in een restaurantje en vele biertjes, verhalen en nieuwtjes verder was het al weer tijd om doeg te zeggen want Sjef ging de volgende morgen al weer verder. Wel erg leuk om even bij te hebben kunnen kletsen met iemand van de vriendengroep. Hoe klein kan de wereld zijn?!
Wij hadden besloten om pas na het weekend naar Machu Picchu te gaan om de drukte te vermijden. We hadden dus nog een dag over en die we hebben dit gebruikt om langs een mooie route te gaan rijden in de omgeving van Cuzco. In een klein plaatsje met een markt zijn we gestopt om daar even overheen te lopen, jammer alleen dat het gigantisch hard regende. Maar hier laten wij Nederlanders ons niet door kisten. Op deze markt kwamen we ook een ren met vele lieve cavia’s tegen. Sommige leken op de cavia’s die wij vroeger hadden. Nu is dat opzich niet zo’n interessante informatie maar wel als ik je vertel dat het volgende dorp waar we door heen reden een bourgondisch specialiteit had. En zoals je nu wel vermoed dat waren gebakken cavia aan een stok op een open vuur. Eerst waren ze zo schattig en nu hingen ze daar gebraden. We hadden al eerder besloten dat we deze delicatesse uit Peru moesten gaan proberen. We besloten spontaan om dat maar in dit dorp te doen. Wij op een krakkige tafel tussen wat locals met een cavia of 4 aan het spit naast ons. Wat ongemakkelijk bestelde we er 1 en een grote fles cola om het eventueel weg te spoelen. De vrouw haalde naast ons de cavia van het spit legde hem op de snijplank en vol gekraak van botten hakte ze hem in 4 stukken en samen met wat anders raars kregen we het geserveerd. Nu die al in stukken was leek die gelukkig al iets minder op knabbel van vroeger maar hierdoor konden we wel zien wat zijn laatste maaltijd was geweest, ter info, iets groens. Heel voorzichtig pakte we een stuk en worstelde we allemaal op onze eigen manier stukje voor stukje naar binnen. Er zit niet veel vlees op zo’n beesie maar we moeten eerlijk zeggen dat het zeker niet vies was. Weer een ervaring rijker zullen we maar zeggen. Morgen is het zover dat we weer een wereldwonder mogen aanschouwen.
La Paz stond vooral in het teken van het ophalen van de mama van Sabine en de deadroad. Deze schijnt één van de gevaarlijkste wegen in de wereld te zijn waar al menig mens het ravijn als eindstation heeft gezien. Sinds 2006 hebben ze vlak bij een andere weg aangelegd zodat het verkeer op deze weg minder is geworden en dus ook veiliger. Het plan was om hem samen met El Mundo te rijden maar in Sucre hadden ze de olielek (weer) niet goed gemaakt dus hij stond bij de garage. We gingen dus over op plan B en dat was met de mountainbike deze weg af. Sabine had de laatste tijd veel last van der knie dus we waren lang aan het twijfelen of het wel verstandig was om dit te doen. We hebben uiteindelijk een keer ons verstand gebruikt en Sabine is met de volg bus achter ons aan gegaan. De kans dat het verkeerd zou gaan met de knie vonden we toch echt te groot. Toch was het soms spannender in de grote bus dan op de fiets. De weg is namelijk erg smal met veel blinde bochten en het constante diepe ravijn langs je, maakt het nog wat enerverender. Voordat we begonnen stopte we op een punt waar we de eerste bus al in het ravijn zagen liggen. Michael heeft het wat minder meegekregen dat het zo smal aangezien hij zich helemaal heeft uitgeleefd op de fiets. Hij had zich achter de gids genesteld en hij moest en zou hem bijhouden….UITSLOVER! Het is hem gelukt maar gesloopt kwam die na 2 uur aan. Later in de bus kwam hij toch wel tot de conclusie dat hij soms letterlijk tot randje is gegaan op de DEADROAD. We zullen maar zeggen, hij had deze adrenaline kick even nodig. Beide hebben we genoten van deze smalle weg vol met stenen en gaten. Michael naar beneden knallend op de fiets en Sabine soms letterlijk hangend over het ravijn.. Beneden kregen we de beloning van een heerlijk zwembad. Paar uur daar genieten en toen konden we weer terug naar La Paz.
La Paz is gigantisch, wij houden beide niet van deze steden omdat je verzuipt in de grootte van zo’n stad. De stad zelf is een soort vissenkom. Het is gebouwd tussen en vooral op de hellingen van de bergen er omheen. Dit ziet er mooi uit als je de stad van bovenaf binnen komt rijden en met alle lampjes in de avond. We hebben in La Paz verder niet meer gedaan als wat rond gestruind over de gekleurde souvenirs marktjes. Hier hingen soms ook gedroogde lichamen van baby lama’s. Na wat navraag bleken ze deze te gebruiken bij het bouwen van een nieuw huis. Deze begraven ze er onder en dit moet geluk brengen. Toch een raar gezicht voor ons als nuchtere westerse.
EN TOEN… was het moment daar, na 8 maanden zou Sabine haar moeder weer zien. Gespannen wachtend op de luchthaven om vervolgens heerlijk in elkaars armen te vallen. Anneke had een lange en zware vlucht gehad dus we zijn snel terug naar het hotel gegaan. We hebben daar heerlijke Hollandse dingen en cadeautjes gekregen en voordat ze het zelf wist sliep ze al. De volgende dag had ze het nog erg zwaar dit door de lange vlucht en het ineens aankomen op 3600 meter en dat hakt er meer in dan je zou verwachten. We hebben het dus vooral rustig aan gedaan in La Paz. Met Anneke zijn we nog een keer de marktjes over gelopen. Wij waren inmiddels wel een beetje klaar met dit soort dingen maar voor Anneke was het allemaal nieuw. Dan merk je gelijk dat het even anders reizen is met iemand extra. Wel was het weer als of we elkaar vorige week nog gezien hadden. Heerlijk!
El Mundo was weer gemaakt en we konden vertrekken voor de eerste kilometers met zo’n drieën in deze kleine auto. We hadden eerder op deze reis al een oplossing gevonden voor het bagage probleem. We hebben een waterdichte zak gekocht die gemaakt was voor boven op het rek van een auto. Deze hebben we letterlijk met spanbanden vastgesnoerd. De banden liepen via de deur naar binnen en zo bleef het vast liggen op het dak. Althans dat was het idee, geen idee of het ging werken maar dit was de goedkoopste en gemakkelijkste oplossing die we konden vinden. We wisten ook niet wat al die bagage en 3 man met de auto zou doen. In Chili hadden we een keer met Nacho en Sean in de auto gezeten en toen had die wat rare geluiden gemaakt. Maar bepakt en bezakt vertrokken we in de morgen. Ons idee had in ieder geval gewerkt want alles paste precies in de auto maar het rare geratel was er wel weer gelijk. We hebben het maar voor lief genomen en gehoopt dat het goed zou gaan. De eerste route ging van La Paz gelijk richting Peru. We hadden de mooie route langs het hoogst gelegen meer ter wereld in gedachte, het Titicaca lake. Anneke werd dus gelijk getrakteerd op geweldige uitzicht over de bergen en het meer. Maar het hoogtepunt voor ons allemaal kwam toen we een stukje meer moesten oversteken. Een brug hadden ze niet en ineens lagen er allemaal ponton bootjes. Deze waren van hout met een klein buitenboord motortje en waar de auto op stond lagen gewoon een zooi planken op elkaar gegooid. Dit kunnen wij bij ons niet voorstellen maar hier is het niet meer als normaal. Geweldig gewoon!
Na een paar uur genieten kwamen we aan bij de grens van Peru en hier begon het drama. Eerst aan de Boliviaanse kant wilde ze onze jerrycan met benzine afnemen. We mochten geen benzine het land uitnemen kregen we te horen. De douane had de jerrycan al in zijn hadden om mee te nemen maar Michael griste deze uit zijn handen en begon de auto er mee te vullen. Hij dacht in de auto mag het wel mee dus dan maar even vullen. Toen hij dat gedaan had was het allemaal wel goed. We reden netjes de grenspost door, haalde onze paspoortstempel aan de kant van Peru en moesten alleen nog ff de auto registreren. Dat werd alleen niet “ff”… Toen we binnenkwamen gaf een norse oude man achter een bureau aan dat we met de auto het land niet in mochten. Onze papieren waren niet echt en we hadden er vouwen in zitten dus NEE! We schrokken, gelijk schoot de gedachte door ons heen, ja hoor Chili en Peru.. het is net als de vete tussen Arnhem en Nijmegen. “Wat nu” dachten we en na een tijdje onderhandelen hadden we nog steeds NEE op ons bord. Voor Sabine werd het even te veel, ze schoot uit der slof en barste vervolgens in tranen uit. In haar gedachten moesten we voor Anneke al een nieuwe ticket naar huis boeken. Terwijl Sabine buiten was, gingen Anneke en Michael door met onderhandelen en uitleggen over het feit dat we echt Peru in moesten. Anneke vloog naar huis vanuit Lima en daarna zouden wij weer naar Chili terug keren. Een 2de man had wat meer medelijden met ons en hij nam ons mee een kamertje in. Na uiteindelijk ruim een uur niet weten of het ging lukken hadden we eindelijk het papiertje en was onze auto geregistreerd in Peru. Nog vloekend reden we de grens over met El mundo.
We waren nog maar net de grens over en we werden al weer stil gezet door de politie voor een controle. Dit ritueel herhaalde zich 3 keer binnen 30 minuten. Welkom in Peru zullen we maar zeggen! Wat later als gepland kwamen we aan in Pino waar we slecht voor de nacht verbleven om daarna door de rijden naar Arequipa.
Het was in de vroege ochtend toen we ons moesten melden voor onze drie daagse tour over de zoutvlakte. Ons vervoersmiddel was een grote Toyota land cruiser, een iets ander formaat dan onze El Mundo. We deelden de auto met 3 polen en 2 Israëliërs. We wilden net het dorpje uitrijden toen we ineens onze bevriende motorrijder Nacho voorbij zagen rijden. We hadden hem al een maand of 2 niet meer gezien. De laatste ontmoeting was in Puerto Arena, Chili. Helaas hadden we alleen tijd om samen een fotootje te schieten want we moesten verder met onze tour. Toch grappig dat we elkaar maar blijven tegenkomen.
Het eerste gedeelte van de tour kende we natuurlijk al want dit hadden we zelf al gedaan. Maar ons gids had nog wel wat weetjes, jammer dat hij alleen Spaans sprak. Sabine en een pool begrepen het meeste Spaans en werden daarom de vertalers van de tour. Na de uitleg over de productie van zout gingen we eten in een zout restaurant. Dit restaurant was gemaakt van alleen maar zoutblokken. De muren, de tafels, de stoelen echt alles. Je hoeft dus niet bang te zijn dat je eten niet zout genoeg is.
Pas na 80 kilometer op de vlakte zagen we iets anders dan de witte massa. Ineens was er een fata morgana althans dat leek zo. Het bleek een eiland met gigantische cactussen van meer als 5 meter erop. Hier hebben we even rond gelopen en al snel bleek dat we het goed konden vinden met de Israëliërs. Nadat we de nodige foto’s op het eiland hadden gemaakt gingen we nog even samen met de Israëliërs leuke zoutvlakte foto’s maken. In de hoop dat we nu wel het gewenste resultaat kregen. De Israëlisch jongen had als tik om op elke bijzondere plaats waar hij kwam een foto te maken van zichzelf in een menkini (een mini badpak voor mannen). Echt te grappig voor woorden. Na deze gekkigheid hadden we nog een lange rit voor de boeg naar de rand van de zoutvlakte want daar zouden we de eerste nacht gaan slapen. De zon ging mooi onder op de vlakte en toen bereikte we ons hotel. Een primitief hotel die ook weer bestond uit alleen maar zoutblokken. In dit hotel kwamen we in gesprek met een Nederlandse familie, hun zoontje vond het heerlijk om met Michael te klooien. Die avond zijn we met zijn allen vallende sterren gaan kijken en toen snel naar bed. Nadat de zon onder was gegaan was de temperatuur ook meteen een aantal graden gezakt. Gelukkig kregen we de nodige dekens in ons primitieve hotelletje. De volgende ochtend kregen we te horen dat het die nacht -15 graden gevroren had. Nu snappen we ook waarom onze ballen eraf vroren toen we met ons tentje op de vlakte kampeerde.
De volgende ochtend hadden we een vol programma, we zouden wat meren gaan bezichtigen en de kans was er dat we flamingo’s konden spotten. We kwamen langs fantastisch landschappen met bergen vol sneeuw en vele meren. We hadden door het gehobbel en de omgeving een beetje Patagonië deja vu. Bij enkele meren zagen we mooie roze flamingo’s die geweldig weerkaatste in het blauwe water. Echt WOW. Toen de zon begon te zakken reden we richting ons hotelletje. Back to the basic ging het worden! Weer alles van zout maar meer als 7 bedden per kamer, een tafel en wc was er niet. Lang zouden we er niet slapen want de volgende ochtend moesten we om 05.00 paraat staan. Ook deze dag stond weer vol met bezichtigingen. Als eerste gingen we naar een vulkanisch gebied waar verschillende geisers waren, heerlijk de geur van rotte eieren in de vroege morgen. Daarna zouden we ontbijt krijgen in de middle of knowhere om vervolgens te ontspannen in het thermaal bad. De buiten temperatuur lag tegen het vriespunt maar het water was zo warm dat je hele lijf begon te tintelde van de hitte. Na de ontspanning werd het tijd voor actie. We gingen de hoogte van 5000 meter aantikken en dit was vooral actie voor je lichaam. Je merkt aan alles dat je lichaam zuurstof gebrek krijgt op deze hoogte. De locals hebben een “wonder” middel wat daar goed tegen werkt, Cocabladeren. Je kauwt erop en het goedje wat vrij komt zorgt dat je minder last hebt van de verschijnselen van hoogte ziekte. Het wordt al eeuwen gebruikt en ook al hadden we nergens last van, we wilde het toch even proberen. Als iemand wil weten hoe het smaakt?! Doe dan thuis een theezakje in je mond en voilà je weet het.
Na de hoogte was het tijd om de route terug in te zetten. Onderweg bleek er een probleem te zijn want ze waren weer eens aan het staken. Ze hadden de doorgang geblokkeerd naar Uyuni. Hadden we eindelijk weer asfalt onder de wielen werden we gedwongen om samen met drie andere auto’s weer offroad te gaan. Helaas had deze route wel wat obstakels, we kwamen namelijk een rivier tegen. Na een erg lang Boliviaans overleg, werd besloten om zonder passagiers de rivier te doorkruizen. Deze oplossing hadden wij al na 5 minuten voorgesteld maar toen moesten we zwijgen van ze. Gelukkig verliep het soepel en konden we onze weg voortzetten. Onze gidsen waren niet bekend met deze route en dat bleek want na rivier 1 kwam ook nog rivier 2 en 3. Toen we eindelijk al deze waters over waren zagen we in de verte een aantal auto’s staan. Wat was daar nu weer aan de hand? Toen we dichterbij kwamen werd ons al snel duidelijk dat ze hier niet voor de lol stonden. Met geschreeuw en gedreig met stokken werd ons duidelijk gemaakt dat we er niet door mochten. Deze “weg” hadden ze dus ook geblokkeerd. Onze gidsen gingen weer in overleg en dit keer kwamen ze tot de conclusie dat omkopen de enige oplossing was. Er werd uit iedere auto wat voorraad geplunderd, flessen wijn, water en cocabladeren waren voldoende om ons door te laten. Wat kan het leven soms toch oh zo simpel zijn. Een stuk later als gepland kwamen we eindelijk aan in Uyuni.
De volgende ochtend stond voor ons weer een lange rit op het programma met als bestemming: La Paz. We hadden al de nodige verhalen gehoord over deze weg. Iedereen vertelde dat ze ongeveer uit hun stoel werden gegooid door het gehobbel. We hadden toch al wat slechte wegen gehad maar deze was extreem. De weg was geen weg meer te noemen, het was de ergste wasbord weg tot nu toe. Naast de originele weg lag een pad vol met mul zand en ook al was het mul zand onze keus was al snel gemaakt. El mundo moest flink ploegen door het mulle zand maar na enige uren kwam de verlichting van asfalt. Wat kan dat dan lekker zijn. Die avond hebben we geslapen in een tussenplaats om de volgende dag vroeg La Paz binnen te rijden. Dat vroeg kun je wederom wel weg laten want we kwamen laat aan door alweer blokkades. Bij de eerste moesten we door een half weiland rijden maar dat ging nog wel maar toen we La Paz binnen kwamen rijden was het pas echt drama. Ze hadden de grote weg geblokkeerd en niemand kon ons echt vertellen hoe we La Paz binnen zouden komen. Niet echt handig met het vooruitzicht dat de mama van Sabine zou komen. Na veel vragen bleek er ergens een route te zijn die ons La Paz binnen zou moeten leiden. Alleen het probleem was dat niemand echt goed wist waar die weg was. Maar na veel gezoek en heel veel gevraag (altijd fijn als je dan niet vloeiend Spaans spreekt) kwamen we aan in La Paz. We hadden het weer is overwonnen, nu maar hopen dat de mama van Sabine La Paz ook kan bereiken.